De openingsfilm van Film Fest Gent dit jaar was het langspeeldebuut van Cato Kusters. Julian is de verfilming van het gelijknamige boek, maar ze drukt er haar eigen stempel op.
Trouwen
Julian (Laurence Roothooft) en Fleur (Nina Meurisse) zijn verliefd. Als één waarheid meteen van het scherm spat, is het die wel. Dat was echter niet altijd vanzelfsprekend. Zeker niet voor Julian, die thuis nooit steun vond en haar ouders daardoor niet meer ziet. Maar nu heeft ze haar plekje op de wereld gevonden. Bij vrienden die als familie zijn en Fleurs familie. De tijd is dan ook rijp om hun liefde met hen te vieren, maar niet zomaar. Het koppel wil als statement trouwen in alle landen waar ze dat mogen; in 2017 zijn dat er 22.
Ze maken er een project van, dat natuurlijk veel financiering en soms ook logistiek vraagt. Fleur probeert steun te krijgen via haar job als journalist. Ze filmen alles, met het oog op een reeks artikels of zelfs een documentaire. Beginnen doen ze in België, om door te reizen naar New York en Nederland. Maar bij hun vierde huwelijk, in Parijs, klopt het noodlot op de deur. Julian crasht plots, en onderzoeken brengen het keiharde verdict van uitgezaaide kanker.
Veelzeggende momenten
Julian is gebaseerd op het gelijknamige autobiografische boek van Fleur Pierets. Cato Kusters schreef het scenario, samen met Angelo Tijssens (Girl, Close). Net zoals bij die films zit er minstens even veel inhoud in de stiltes als in de dialogen. We leren Julian en Fleur misschien niet zo uitgebreid kennen, maar je voelt al heel snel wie ze zijn. Dankzij het gefocuste scenario dat zich richt op specifieke maar veelzeggende momenten en de acteerprestaties heb je ook niet veel meer nodig. Fleur gaat omwille van haar overtuiging in het ‘statement’ van de huwelijken soms te erg op in het project, en Julian durft zich bij momenten niet helemaal open te stellen, bijvoorbeeld wanneer iemand vraagt naar haar afwezige ouders. Maar bovenal zijn dit gewoon twee mensen die de persoon gevonden hebben bij wie ze rust vinden.

Er zit minstens even veel inhoud in de stiltes als in de dialogen.
Wat ook meteen overduidelijk is: dit verhaal is gebaseerd op persoonlijke ervaringen. Dat blijkt zeker uit de manier waarop omgegaan wordt met de ziekte van Julian. De shock, de opstandigheid en dan het besef dat je ook daar gewoon door moet. Het einde van Julians leven, de harde realiteit en details daarvan, is erg herkenbaar voor wie iets gelijkaardigs meemaakte (ikzelf inbegrepen). Het is ook iets dat we niet vaak op die manier te zien krijgen. Hoofdrolspeelsters Nina Meurisse en Laurence Roothooft laten dan ook een grote indruk na. Hun chemie is zo naturel en overtuigend, en hun vertolkingen ingetogen maar doorleefd.
Tedere hand
Samen met de zachte, tedere hand van Kusters wordt dit ook nooit een melodrama, maar een portret van blijvende liefde, ook al is die eindig. Kusters en DP Michel Rosendaal (De twaalf) houden de personages letterlijk dicht bij het publiek, met lange shots van close-ups, variatie in focuspunten en kadrering, en zachte cinematografie. Als onderdeel van de documentaire worden er ook beelden gebruikt die Roothooft en Meurisse zelf filmden met een camcorder, wat nog iets extra persoonlijks toevoegt.
Onder meer de broers Dhont en Dardenne zijn producers, en we snappen meteen waarom. Met de duidelijke visie die Kusters toont in Julian zet ze zich op de kaart als een volgend talent van hun kaliber.
Julian is vanaf 29 oktober te zien in de bioscoop.
Intimiteit in alles
JulianRaak
- Regie en beeldvoering
- Chemie en acteerwerk
- Krachtig minimalisme
Braak
- Aanpak zal misschien niet iedereen bekoren