Blijf op de hoogte
Geekster nieuwsbrief

Inschrijven

if_beale_street_could_talk_review_cover

If Beale Street Could Talk review: onvoorwaardelijke liefde

Barry Jenkins, de regisseur van het baanbrekende Moonlight, neemt opnieuw een heet hangijzer in de VS onder de loep. En net zoals zijn eerste film levert If Beale Street Could Talk schoonheid op die slechts even mijn aandacht verloor.

De cast schittert over de hele lijn.

Jenkins gaat in If Beale Street Could Talk iets meer mainstream dan in zijn doorbraak. Het scherm vult zich met shots en close-up van een koppel, begeleid door een melodie van strijkers. We worden onmiddellijk in de melancholische wereld gezogen waarin Trish (KiKi Layne) en Fonny (Stephan James) leven. De twee zijn dolverliefd, en we zien doorheen de film hoe hun liefde gegroeid is, van hun vriendschap als kleine kinderen tot het moment dat ze samen een appartement zoeken. Maar door de niet-lineaire vertelstijl barst de bubbel ook al meteen: Fonny zit in de gevangenis voor verkrachting. Onterecht, want Fonny werd geviseerd door een openlijk racistische politie-agent (een duidelijk verschil met The Hate U Give, dat de agent iets genuanceerder benadert). Om alles nog ingewikkelder te maken, ontdekt Trish dat ze zwanger is.

Zo leren we ook de gezinnen van Trish en Fonny kennen, wanneer de jonge vrouw het nieuws aan hen vertelt. Hun reacties verraden meteen de dynamiek. De ouders (Regina King, Legally Blonde, American Crime en Colman Domingo, Fear the Walking Dead) en zus van Trish (Teyonah Parris, Dear White People) steunen Trish onvoorwaardelijk, terwijl ze bij het gezin van Fonny enkel kan rekenen op de steun van zijn vader (Michael Beach, Aquaman). In een geweldige, gespannen en toch bijna hilarische scène gaan zij verbaal de strijd aan met de moeder (Aunjanue Ellis, Quantico) en zussen van Fonny. Hun giftige houding tegenover Trish spoort haar enkel maar aan tot actie. Ze zal haar kind niet alleen opvoeden.

beale_street_regina
(c) Annapurna Pictures

De resterende speeltijd van If Beale Street Could Talk wisselt af tussen verleden en heden, in tegenstelling tot het boek van James Baldwin uit 1974. Voor het grootste deel slaagt Jenkins (die het script neerpende) erin om de flashbacks boeiend en meeslepend te maken. De dialogen klinken natuurlijk en het schakelen tussen heden en verleden voegt meer emotie toe. Zo is er een vertederende scène waarin Fonny en Trish een pakhuis bezichtigen dat ze willen omvormen tot een appartement. Dave Franco maakt een verrassende cameo als de huisbaas die hen ook een kans wil geven, in tegenstelling tot bijna alle andere verhuurders en verkopers.

Enkel in het midden van de film was die jongleeroefening voor mij iets minder geslaagd. De spanning verslapt een beetje en de film wordt mijmerend, waar ik niet altijd fan van ben. Een scène tussen Stephan James en Brian Tyree Henry (Atlanta) is net iets te literair om volledig natuurlijk over te komen. Die kleinigheid vergeven we Barry Jenkins graag, want de cast schittert over de hele lijn. Relatieve nieuwkomers Stephan James en KiKi Layne zullen wellicht – en hopelijk – hun carrière, net zoals Mahershala Ali en de jongens uit Moonlight, een vliegende start zien nemen. Ze maken je verdomd snel betrokken bij wat Fonny en Trish overkomt.

(c) Annapurna Pictures

Maar het is ondergewaardeerd talent Regina King die hoge ogen gooit dit awardsseizoen. Ze maakt de moeder van Trish meelevend, maar nooit onderdanig. Integendeel, tijdens een pakkende reeks scènes gaat ze op zoek naar de vrouw die Fonny beschuldigde, om op haar in te praten. Beale Street is door het onderwerp al politiek beladen, maar ook tijdens kleine momenten merken we hoe moeilijk het is voor Afro-Amerikanen in de VS om gerechtigheid te zoeken.

Maar naast goed verteld is de film ook een lust voor het oog.

Maar naast goed verteld is de film ook een lust voor het oog. If Beale Street Could Talk is met bijna elk shot een kunstgalerij waardig. De regie van Jenkins gecombineerd met de prachtige, kleurrijke cinematografie van James Laxton is een schot in de roos. Rozen gooien we ook naar Caroline Eselin, die voor de kostuums zorgde. Kunnen we de mode van de jaren 70 terugbrengen in plaats van die van de 90s? Bedankt.

En dan is er nog de adembenemend mooie muziek van componist Nicolas Britell. De beklijvende strijkers die hij gebruikt trekken de aandacht maar doen tegelijkertijd niets af aan het verhaal. Net zoals dat een goed ondersteunende score betaamt. Britell kreeg dan ook heel verdiend een Oscarnominatie voor zijn werk. Ook Barry Jenkins zelf en actrice Regina King maken kans op een beeldje, voor Beste Aangepaste Scenario en Actrice In een Bijrol. Het zou verdiend zijn mocht If Beale Street Could Talk er met een aantal gaan lopen.

If Beale Street Could Talk is vanaf 13 februari te zien in de bioscoop.

Mooi

Mooi
4 5 0 1
If Beale Street Could Talk zal bij momenten een vertederde glimlach op je gezicht toveren, en je op andere momenten ontroeren en kwaad maken. De schitterende cast, cinematografie en muziek maken het soms iets te literaire script meer dan goed.
If Beale Street Could Talk zal bij momenten een vertederde glimlach op je gezicht toveren, en je op andere momenten ontroeren en kwaad maken. De schitterende cast, cinematografie en muziek maken het soms iets te literaire script meer dan goed.
4/5
Total Score
Total
0
Shares
Een reactie achterlaten
Gerelateerde artikels