Een horrordebuut dat oprecht eng is en je nog eens met je neus op de feiten drukt over een vaak moedwillig vergeten humanitaire crisis? Het kan. Netflix deed ons huiveren met His House.
Stimulans
Dat het horrorgenre altijd al meer diepgang had dan de gemiddelde slasher liet vermoeden, hoeven we een echte fan niet meer te vertellen. Maar het valt niet te ontkennen dat de komst van Jordan Peele iets heeft aangewakkerd. Zijn succes met Get Out en Us werd een stimulans voor filmmakers om horrorelementen nog meer te verbinden met onze werkelijkheid.
Die mogelijkheid trekt ook steeds meer nieuw talent aan. Logisch, want een horrorfilm heeft bijna meer dan elk ander genre baat bij een klein budget. Daarbij moeten filmmakers steunen op hun eigen creativiteit om je de stuipen op het lijf te jagen, en niet op CGI-monsters. Zo’n creatieveling is Remi Weekes, die me met His House op Halloween toch overgevoelig maakte aan plotse geluiden.
Nieuwe ‘thuis’
Bol (Ṣọpẹ Dìrísù, Humans) en Rial (Wunmi Mosaku, Lovecraft Country) vluchten samen met hun dochter Nyagak uit Zuid-Soedan, waar al jarenlang een burgeroorlog woedt, naar het Verenigd Koninkrijk. We zien slechts flitsen van hoe hun oversteek eruit zag, maar de noodlottige uitkomst spreekt voor zich: Bol en Rial komen alleen aan in Groot-Brittannië. De hoge golven hadden hun boot doen kapseizen. Maar het koppel gelooft dat ze nu een vredevol leven zullen opbouwen in hun nieuwe thuis.
Het begint alleszins niet zonder slag of stoot. In het asielcentrum is niet veel empathie te bespeuren, en hun ambitie om te integreren wordt beperkt door een lijst regels. Ze krijgen een huis toegewezen, maar mogen het niet verbouwen, of verhuizen. Ze krijgen een leefloon, maar mogen daarom niet werken of bijklussen. Hun nieuwe huis bevindt zich bovendien in een wijk die niet meteen uitnodigend is. En toch maant hun sociaal werker (Matt Smith, Doctor Who) hen aan om het de Britten makkelijk te maken en “bij de goeden te horen”.
Apeth
Vooral Bol laat het niet aan zijn hart komen en dompelt zich onder in Britishness: bestek, nieuwe kleren, een voetbalmatch in de lokale pub (een echt vertederende scène). Rial kampt met schuldgevoelens en gelooft dat een kwade geest (apeth in de Soedanese folklore) hen gevolgd is. Bol gelooft het niet, totdat hij ‘s nachts een jonge stem hoort neuriën.
His House speelt goed in op onze (of alleszins mijn) angst en onwennigheid in nieuwe omgevingen. Een onverwacht geluid, of nog erger, een onverwachte beweging triggert onze vecht-of-vluchtreactie. Laat die net nog overgevoelig zijn bij Bol en Rial. De verschijningen beginnen dan ook steeds meer op hun herinneringen aan de oceaan te lijken. Bol gaat zelfs fysiek op zoek naar de oorzaak, maar dat brengt misschien hun “voorwaarden” in het gedrang… In de tweede helft verliest de film een beetje tempo, maar dan heeft het scenario zelfs een plotwending in de aanbieding die bewijst dat je innerlijke demonen nog de meest angstaanjagende zijn van allemaal.
Subtiel origineel
Regisseur Remi Weekes gaat grotendeels subtiel te werk om het ghost story en de symboliek ervan te verweven en houdt de spanning erin door te spelen met de verwachtingen voor nacht en dag. Zijn regie is bij momenten erg origineel, met verrassende camerahoeken en focus. Een cruciale rol is ook weggelegd voor DOP/cinematograaf Jo Willems, de Belg die ook de Hunger Games-films vastlegde. Hoe zijn departement hier met schaduw, belichting en kleur werkt, is bijzonder mooi om te zien.
Maar een goed in beeld gebrachte film is niets zonder acteurs om diepgang te brengen. En dat doen Ṣọpẹ Dìrísù en Wunmi Mosaku heel overtuigend. Mosaku was onlangs al een van de revelaties in Lovecraft Country, en toont hier genuanceerd wat het met een mens doet om te moeten vluchten uit een land waar je van houdt, zeker als je al zo veel verloren hebt. Dìrísù werd onlangs opgemerkt in de naar verluidt uitstekende Britse serie Gangs of London (die we hier nog niet kunnen zien), en het is duidelijk waarom. Zijn vertolking verovert meteen je hart, en zelfs als hij foute keuzes maakt, voel je met hem mee. Een echt visitekaartje.
De luidste stemmen roepen altijd dat nieuwkomers zich moeten integreren en “onze waarden” moeten opnemen, maar His House bewijst dat integratie begint bij de meest universele waarde van allemaal: respect. Dat moet van twee kanten komen. Anders laat je misschien wel demonen vrij waar niemand baat bij heeft.
His House is nu te zien op Netflix.