Met Baby Driver heeft Edgar Wright de film gemaakt waaraan hij al twintig jaar zit te sleutelen in zijn hoofd, een opzwepende aaneenschakeling van spektakelvolle videoclips die je geen moment doet vervelen.
In 1994 bedacht Edgar Wright het concept voor Baby Driver, een bankroof gesynchroniseerd op muziek, maar hij liet het liggen en ging aan de slag als scenarist voor enkele Britse sketchprogramma’s, om daarna zijn eigen atypische sitcom Spaced te maken. Wright gebruikte het idee van Baby Driver in 2003 voor een muziekvideo van de band Mint Royale. Elf jaar en vier sterke films later stond Wright aan het roer van Ant-Man. Hij verliet het project wegens creatieve verschillen, tot spijt van zijn fans, maar begon dan aan het werk voor zijn passieproject: Baby Driver.
Ansel Egort speelt Baby, een jonge snaak die zijn tinnitus verdringt door op elk moment van de dag rond te lopen met oortjes in. De nauwkeurig gekozen playlists geven hem het nodige gevoel voor ritme voor zijn job als chauffeur van een bende bankrovers. Hun leider (Kevin Spacey, ondertussen bijna op automatische modus) biedt Baby nog één laatste job aan, een taak die bemoeilijkt wordt door zijn onvoorspelbare collega’s (waaronder Jon Hamm, Eiza González, Jon Bernthal en Jamie Foxx). En in het midden van dit alles valt Baby halsoverkop voor opdienster Debora (Lily James).
Bij elke andere film komt het scenario eerst en daarna de muziek. Dat was niet het geval bij Baby Driver. Wright koos, gebaseerd op zijn concept, een 30-tal liedjes en monteerde er geluidseffecten op, zoals geweerschoten of vroemende motoren. Het ritme van die muziek bepaalde uiteindelijk hoe de actie tot stand kwam in het scenario. Die aanpak zorgt ervoor dat de soundtrack veel meer is dan enkel de achtergrondmuziek. Alle actie, van lichaamsbewegingen tot het afvuren van geweren en zelfs stukken dialoog, is perfect gesynchroniseerd met bekende en minder bekende liedjes.
Die obsessieve focus op muziek en geluid levert op zichzelf al een overdaad aan prikkels op, waardoor Wright duidelijk zijn visuele stijl wat heeft moeten intomen. De flitsende montage en camerabewegingen, ondertussen toch wel het handelsmerk van de cineast, halen nooit het niveau van in Hot Fuzz en Scott Pilgrim vs. the World.
Maar het ergst van allemaal verliest Wright het stuur bij de vrouwelijke personages. Eiza González loopt er enkel bij als lustobject voor de omringende mannen en door het voorbijrazende verhaal wordt het personage van Lily James nooit meer dan de motivatie van Baby om weg te vluchten uit zijn criminele omgeving.
Baby Driver is een ode aan klassieke bankrooffilms en Wright is ook de laatste om dit onder stoelen of banken te schuiven. Hij sprong altijd zelfzeker om met het verwerken van zijn liefde voor de cinema in zijn eigen films en dat sterkt hem net als regisseur. In Baby Driver zal je films herkennen zoals The Driver en The Italian Job, of Reservoir Dogs, waarin ook elke job een wisselend team nodig heeft. Daarnaast inspireert Baby Driver zich op Heat, zitten er expliciete verwijzingen in naar Bonnie and Clyde, en zijn ook The Blues Brothers spiritueel aanwezig met de focus op komedie en muziek. Het verhaal mag dus herkenbaar aanvoelen, het geeft Wright wel vrij spel om je te overdonderen op audiovisueel vlak.