Blijf op de hoogte
Geekster nieuwsbrief

Inschrijven

Hoe Rocket League mij uit een diep dal hielp klimmen

Toen ik mijn lading aan gratis Playstation Plus-games in ontvangst nam in juni 2015 zat er een game bij waar ik nog nooit van gehoord had. Rocket League was de naam. Voetbal met auto’s. Bah, ik ben geen voetbalfan, en ik weet zeer weinig over auto’s. Maar goed, het is een gratis spel, tijd om het eens te proberen dan maar.


Voetbal zonder de saaie stukken

Ik herinner het me nog goed, er zaten enkele vrienden in mijn appartement toen ik het voor het eerst speelde. Ik vond het best een leuke game. Mijn vrienden waren ook best wel onder de indruk. Ik heb toen de training gespeeld en ben zwaar afgegaan in een match tegen rookie bots, maar het was een tof concept. Onze omschrijving op dat moment was “voetbal, maar zonder alle saaie stukken” en tot op vandaag vind ik dat de beste beschrijving van Rocket League.

Ik dacht dat ik het spel twee à drie keer zou spelen voor ik het beu was. Het heeft duidelijk een zware onlinemultiplayer-focus en daar hou ik niet zo van. Ik ben gewoonlijk meer een singleplayer-persoon. Zelfs toen ik jaren World Of Warcraft speelde, meed ik PvP als de pest. De weken nadat ik het spel kreeg, bleef ik het, tot mijn eigen verbazing, toch regelmatig spelen. Ik kon na een tijd al winnen tegen de rookie bots en verlegde mijn focus naar pro bots. Nu en dan durfde ik eens een teen in het water te steken bij de online, en ik was er best oké in.

Toen vertrok ik op reis naar Keulen. Samen met een vriend ga ik jaarlijks naar Gamescom voor een paar dagen. Zoals altijd was Gamescom enorm leuk, en de overload aan nieuwe games die ik daar te zien kreeg, zorgde ervoor dat ik Rocket League al snel vergeten was. Er waren nog leuke vooruitzichten, na onze laatste dag Gamescom kwamen onze vriendinnen ook naar Keulen, vanwaar we samen zouden doorreizen naar Boedapest om nog een deel van het Sziget-festival mee te maken.

Ik heb me lang sterk kunnen houden, maar toen raakte ik alle controle kwijt.

Zonder in al te veel detail te treden, zal ik jullie vertellen dat mijn reis naar Sziget leuk begon, maar (in mijn ogen) verschrikkelijk eindigde. Mijn toenmalige vriendin maakte me tijdens de reis duidelijk dat de relatie aan een zijden draadje hing, en heeft me vlak na de reis verlaten.

Nu, ik was kapot van de breuk. Niet zomaar “dit suckt” kapot, maar eerder “tien kilo verloren op een week, geen beetje slaap gehad en niet meer in staat om iets te doen om mijn gedachten te verzetten” kapot. Het was meer dan de breuk alleen: mijn moeder was nog niet zo lang overleden, er liepen dingen mis op mijn job, maar de breuk gaf de doorslag, ik was mijn ene houvast in het leven – zoals ik het toen beschouwde – kwijt. Ik had me lang sterk kunnen houden, maar op dat moment raakte ik alle controle kwijt en heeft het lang geduurd om dat terug te herstellen.

Een woning lijkt plots twee maal zo donker en groot wanneer je er volledig alleen voor staat. De wil was er niet meer om voor mezelf te koken, enige moeite te doen naar mijn uiterlijk toe, of in het algemeen voor mezelf te zorgen. Ik wou alleen nog maar in de zetel liggen en mezelf proberen afleiden met Netflix, drank, en wiet.

Ik heb lang getwijfeld om dit artikel te schrijven, want ik ben nooit een persoon geweest die makkelijk over zijn gevoelens of problemen praat, toen was dat ook niet anders. Al heel mijn leven heb ik het gevoel dat ik anderen lastig val als ik dat doe, of dat het hen niet zal boeien. Ik probeerde mezelf dus maar af te leiden, maar mijn tv was na een tijd ook niet meer voldoende om de donkere gedachten buiten te houden. Kortom, ik had alles zowat opgegeven en liet mezelf toe om een paar dagen in mijn eigen miserie te baden en mijn zelfzorg te negeren.


Een keerpunt

Mijn redding was dat ik mezelf verplichtte om sociaal te blijven.

Dit bereikte zijn toppunt toen ik een week later besloot om uit mijn isolement te komen en wat tijd bij enkele vrienden door te brengen. Een van hen heeft een klein bos waar we een soort uitvalsbasis hebben voor tijdens warme dagen. Ideaal voor airsoft overdag en kampvuren ‘s avonds. Ik ging mee naar daar, en kwam plots op een punt waarop ik niet meer op mijn benen kon staan. Alles werd zwart voor mijn ogen en het volgende dat ik me herinner, is dat ik door twee van mijn vrienden, elk aan een arm, gedragen werd naar een zitplaats. Daar hebben ze mij praktisch moeten dwingen om gesuikerde frisdrank te drinken en iets te eten. Achteraf gezien was ik lijkbleek, had ik ingevallen ogen, en had ik amper de energie nog om een volledige zin uit te spreken.

Ik besefte dat het zo niet verder kon. Het feit dat ik niet kon slapen, elke nacht en ochtend lag te huilen, en constant donkere gedachten had, daar kon ik niets aan veranderen. Maar er waren wel aspecten van mijn leven waar ik controle over had. Ik verplichtte mezelf om te koken, mezelf te onderhouden en, belangrijker, ik verplichte mezelf om sociaal te blijven. Als je niet alleen bent, kunnen de donkere gedachten je niet overrompelen, want je bent afgeleid. Dat was toen mijn gedachtegang. Mijn sociaal leven heeft toen meer gedaan dan me enkel afleiden, maar daar stond ik op dat moment niet bij stil.

Rocket League

Een van mijn vrienden beweerde dat ik een god was in het spel.

Ik was plots de alleenwonende vrijgezel in de vriendengroep, met altijd wel een frisse bak bier in huis, dus mijn appartement werd zo’n beetje ons clubhuis. Ik was wel nog steeds lusteloos, ik had nergens zin in. Een van mijn vrienden stelde me wel voor om “dat voetbalspel” nog eens te proberen, hij was er namelijk bij toen ik de training voor het eerst speelde.

Het grappige was, toen ik mijn vrienden voor het eerst liet spelen, waren ze er enorm slecht in. Net als iedereen die voor het eerst Rocket League opstart, hadden ze geen idee wat ze deden en reden ze constant zonder nadenken zo dicht mogelijk bij de bal, misten ze shots, vlogen ze van links naar rechts zonder een doel te hebben, of botsten ze op elkaar omdat ze enkel en alleen aandacht hadden voor de bal. Ik had het spel nog steeds redelijk goed onder de knie op dat punt, dus ik veegde de vloer met hen. Wij spelen al samen games sinds we vijftien waren, maar zij waren altijd beter in de meeste games dan ik. Rocket League was het eerste spel waarbij ik duidelijk op een veel hoger niveau speelde dan zij. Ik herinner me nog goed dat een van hen beweerde dat ik een god was in dat spel. Ik was er absoluut niet zo goed in als ze dachten, en die redenering heeft niet lang geduurd, maar ik vond het toch een leuk compliment.

Rocket League

Al snel stond een van mijn vrienden elke avond, gevraagd of ongevraagd, aan mijn deur. We keken films en series samen, speelden bordspellen of gingen erop uit. Wat wel elke avond terugkwam, was dat we Rocket League speelden. Algauw kon hij me evenaren op skill-niveau, en speelden we samen tegen de gevreesde pro bots. We hadden nog geen echt tactisch inzicht in het spel, voor ons was succes in het spel gebaseerd op twee elementen: chaos en geluk.

Ik had het enorm naar mijn zin. We begonnen ons eigen taaltje te creëren rond het spel, we hadden onze favoriete bots. Het werd ons ding. Ik zat nog steeds in een diepe put, maar op de momenten dat we Rocket League speelden, werd ik in het spel gezogen, en bestond de buitenwereld eventjes niet meer. Ik kon terug functioneren, ik kon de buitenwereld terug aan. Het feit dat ik een zekere houvast had, een vriend die elke dag aan mijn deur stond, een game waar ik van hield, en waar ik elke dag iets beter in werd, maakte mij terug enigszins gelukkig.


De ladder uit de diepte

Rocket League was een ladder die ik beetje per beetje kon beklimmen.

De momenten waarop ik alleen was, had ik nog steeds nergens zin in. Ik zocht afleiding in dagdagelijkse bezigheden. Mijn afwas doen, huishouden, koken, mijn vader of mijn oma bezoeken, maar op die momenten voelde ik nog steeds constant de last op mijn schouders. Mentaal zat ik op een dieptepunt, en Rocket League was als een ladder die ik beetje per beetje kon beklimmen. Ik kon de top niet bereiken, maar ik kon al wat licht zien, ik kon wat makkelijker ademen.

We werden ook alsmaar fanatieker. We durfden na een tijd aleens online spelen, waar de echte uitdaging lag. Eerst begonnen we natuurlijk unranked. We wonnen matches, maar verloren er evenveel. Onze gedachtegang van “Rocket League is gewoon pure chaos en af en toe scoor je eens” bleek er wat naast te zitten, en we begonnen tactieken uit te pluizen. Op deze manier begon Rocket League mijn dagen ook over te nemen. Al mijn vrije momenten gingen naar tactieken uitdenken, pro game video’s bekijken en zelf spelen.

Het was jaren geleden dat ik nog eens zo’n obsessie had met een videospel. Toen was het World of Warcraft, wat enkele jaren mijn tweede leven was. Nu was het Rocket League en ik hield ervan.

Rocket League

Uiteindelijk is ook mijn interesse in Rocket League beginnen vervagen. Sommige van mijn vrienden spelen het nog steeds regelmatig, al spelen ze intussen op een veel hoger niveau dan ikzelf. Ik heb het spel intussen nog eens op pc gekocht, waar ik volgens Steam 45 uur heb gespeeld bovenop de (naar ruwe schatting) 100+ uren die ik al op PS4 gespeeld heb. Af en toe speel ik het nog eens, liefst met mijn vrienden rond me, maar ik zal het nooit meer zo regelmatig spelen als ik deed in 2015/2016.

Ik ben uit mijn dieptepunt geraakt, deels door Rocket League, een groot deel door mijn vrienden. Uiteindelijk stond ik terug sterk genoeg in mijn schoenen om mij aan een nieuwe relatie te wagen en intussen ben ik zelfs verloofd, dus ook dat is goedgekomen. Rocket League was het juiste spel dat er op het juiste moment was, in combinatie met de juiste mensen. Ik kan onmogelijk adequaat beschrijven welke verandering het in me teweeg bracht, maar het heeft op dat moment iets in me gewekt, een passie die ervoor zorgde dat ik terug een drijfveer had in het leven. Iets wat mij op dat moment toestond om terug te lachen, terug gelukkig te zijn, en terug de goedlachse, schijnbaar zelfzekere persoon te worden die ik ooit was.


Veel meer dan alleen spelletjes

Rocket League

Video games is een taal die je al dan niet spreekt.

Dat is waarom ik na 29 jaar nog steeds een passie heb voor gaming. Dat is waarom ik artikels wil schrijven, waarom ik me probeer te omringen met mensen waarmee ik kan praten over games, die mijn passie begrijpen. Video games kunnen een positieve impact hebben op je mentale gezondheid, ze kunnen een drijfveer zijn die je recht houden in de moeilijke tijden. Soms helpen ze zelfs om een jeugdtrauma te verwerken. Ze kunnen een belangrijk deel zijn van je sociaal leven en je creativiteit stimuleren op een manier dat weinig andere media dat kunnen. Je games zijn zoveel meer dan alleen maar spellen of tijdverdrijf. Ze zijn herinneringen die je alleen of samen met anderen maakt. Videogames is een taal die je spreekt of niet spreekt. Wat je ook meemaakt in het leven of waar je ook terechtkomt, elke gamer heeft een collectie die op hen ligt te wachten.

Intussen ben ik nog steeds geen voetbalfan, noch heb ik enige interesse in auto’s die niet de mijne zijn. Maar ik kan wel nog steeds uren verslijten met mijn vrienden achter onze laptops met elk een controller in onze hand. Ik sta altijd klaar om Rocket League op te starten en een paar rondes te spelen samen, want eens die timer aftelt, zijn we terug 2015, en besef ik terug hoeveel dit spel voor mij gedaan heeft.

Wie zelf kampt met psychische problemen, kan terecht bij CGG of andere professionele instanties.

Total
0
Shares
Een reactie achterlaten
Gerelateerde artikels